Op 23 oktober 2008 meldde de Standaard dat de Hollandse anti-semitische politicus Geert Wilders een “prijs voor de vrijheid” ging ontvangen.
Op 2 januari 2009 was het weer prijs: nu wordt Wilders door het “Horowitz Freedom Centre” tot man van het jaar gekozen.
In werkelijkheid blijkt het om 2 pro-israelische lobbygroepjes te gaan die nauw met elkaar samenwerken. Op hun eigen sites is prijsbeest Wilders eigenaardig genoeg niet direct te vinden. De vraag is dus vooral hoe dit nieuws in onze kranten geraakt.
“Een Amerikaanse organisatie die zich inzet voor de vrijheid van meningsuiting, heeft leider Geert Wilders van de Partij voor de Vrijheid (PVV) een Freedom Award toegekend. De Nederlandse politicus zal de prijs ‘met veel trots’ in ontvangst nemen, liet hij weten.” aldus De Standaard, zonder veel verdere achtergrond.
De prijs krijgt Wilders van de zogenaamde American Freedom Alliance. De rest van de persmededelingen doet al enig onraad vermoeden: “De American Freedom Alliance reikt de onderscheiding elk jaar uit aan een individu of organisatie die met moed en toewijding de vrijheid in de wereld verdedigt. Eerder ging de prijs onder anderen naar Flemming Rose, de Deense journalist die de gewraakte cartoons over de profeet Mohammed publiceerde, en de Franse mediawaakhond Philippe Karsenty.”
De nogal flauwe anti-moslim cartoons zijn welgekend, de Franse “mediawaakhond” Karsenty is dat minder. Karsenty beschuldigde destijds Antenne 2 ervan de berichtgeving over het doodschieten van het 12 jarig jongetje Mohammed Al Durrah door het Israëlisch leger te hebben gefabriceerd. Mohammed Al Durrah kwam met zijn vader in 2000 de vuurlinie terecht tussen het Israëlisch leger en de Palestijnse veiligheidstroepen. Dat was kort na de start van de 2e intifada. De discusie ging er in eerste instantie over of de Israëli het koppel doelbewust als schietschijf gebruikten of dat ze per ongeluk werden doodgeschoten door de Israëlische soldaten.
Karsenty’s mediawaakzaamheid beperkt zich tot het aan de kaak stellen van “anti-Amerikaanse” en anti-Israëlische berichtgeving. Het nieuws dat Israëlische soldaten Palestijnse kinderen bewust afschiet was een publicitaire ramp voor Israël die Karsenty niet zomaar wilde laten passeren.
De American Freedom Alliance (AFA) heeft tot o.a. doel “de wereld te beschermen tegen anti-semitisme, anti-zionisme, dwang en fascisme”. Dat anti-fascimse en zionisme na 60 jaar Israel als overeenstemmend eerder dan als contradictie in terminis beschouwd worden, geeft aan dat ook AFE zelf in hetzelfde bedje ziek is als Karsenty.
De AFA werd in 2007 opgericht door Avi Davis, Robert Spencer, Tashbih Sayyed en Babu Suseelan. Wie zijn die mensen?
Robert Spencer is een Amerikaan die een paar bestsellers schreef over de Islam. Op zich niets mis met boeken die dogmatisch denken en fanatisme aan de kaak stellen, maar Spencer ziet blijkbaar alleen graten in moslim-extremisme en niet in Christelijk of Joods-religieuse fanatici. In die mate dat Benazir Bhutto het nodig vond hem te vermelden in een boek als zijnde een man die ” een verbogen, eenzijdig en onrusstokend verhaal vertelt dat er alleen op uit is om conflikten tussen de verschillende groepen in de samenleving aan te wakkeren”.
Robert Spencer vertoont m.a.w enige gelijkenis met Wilders zelf.
Spencer schrijft voor Frontpage Magazine, een vehikel van David Horowitz dat al ter sprake kwam in onze bijdrage over Terror-Free Oil van begin vorig jaar. Horowitz begon 40 jaar geleden aan de linkerzijde maar gleed af tot een volbloed neoconservatief.
In mei 2006 gaf Frontpagemag en forum aan …. Philippe Karsenty.
De ondertussen gestorven Tashbib Sayyed was vooral bezig met te proberen aantonen van de dreiging die de Islam voor de Verenigde Staten betekent. Sayyed was afkomstig uit Pakistan een land met een belangrijke stroming van moslim extremisme. Enige paranoia kan de man dus vergeven worden, spijtig genoeg verleende hij ook zijn medewerking tot pro-Israël propagandafilms zoals Relentless.
Ook AFA shef Avi Davis draait dezelfde plaat: Hij neemt graag het begrip “Joods-Christelijke” beschaving in de mond, opnieuw een redelijk contradictorisch begrip aangezien -een eerder beperkte christelijk zionistische stroming daar gelaten- het Christendom zich in de loop der tijden vooral bezig gehouden heeft met het verketteren van de Joden.
In het geluidfragment heeft Davis het, zonder al te veel gestotter en schaamrood, over de waarde van het leven en het geloof in de democratie en mensenrechten in de “Joods-Christelijke beschaving”.
Davis werd geboren in Australië, emigreerde naar de VS, is actief lid en leider van een aantal Israëlische organisaties en is ook eigenaar van een huis in Safad, het Palestijns dorp waaruit de familie van president Abbas en de 12000 andere Palestijnen gezuiverd werden door zionistische milities.
Het is niet duidelijk of een eventuele terugkeer van de verdreven oorspronkelijke bewoners de eigendomsrechten van Davis in het gedrang zouden brengen; enige verstoring van zijn zakenbelangen in het gezuiverde Palestina lijkt evenwel niet onwaarschijnlijk.
Op 1 januari 2009 verschijnt dus in onze pers dat het “Horiwitz Freedom Centre” Wilders tot man van het jaar kiest. Het blijkt inderdaad over dezelfde David Horowitz te gaan met wie de mensen van AFE samenwerken.
Op de site van de (éénmans?) organisatie zelf valt niet veel te lezen de bekroonde man van het jaar. Maar des te meer over de situatie in het Midden Oosten. Onder “what really happened” geeft Horowitz zijn waarheid van wat er in Palestina gebeurd is sedert 1947. Zo vernemen we dat eigenlijk ook Jordanie tot Israel behoort.
Konklusie:
De American Freedom Alliance en het Horowitz Freedom Centre is één clubje van anti-semitische Israël afficionados dat prijzen uitdeelt aan buitenlandse gelijkgezinden. Ze verkopen hun Waarheid en beschermen hun economische belangen op basis van de “morele superioriteit” van het Christelijke Westen.
Het uitgestreken gezicht waarmee ze dit doen en mediaconnecties volstaan blijkbaar opdat dit door onze kwaliteitspers zou overgenomen worden.