In augustus trokken de gemeenten aan de alarmbel toen bleek dat de nationale overheid niet begon met het doorstorten van de gemeentelijke belastingen. Afgelopen week kwam er echter een persbericht dat de Aanvullende Personenbelasting 2 miljard opbrengt voor de gemeenten, bijna 9% meer dan vorig jaar.
De twee berichten zijn minder tegenstrijdig dan ze lijken.
Het probleem zit hem bij de manier waarop de gemeenten hun geld ontvangen. De gemeentelijk belastingen, de Aanvullende Personenbelasting, worden direct via de bedrijfsvoorheffing van de lonen afgetrokken dor de federale overheid. De doorstorting naar de gemeenten komt echter maar een jaar later op gang, minstens drie maanden nadat de belastingaangiften binnen zijn. In deze tijden van nulrente is de directe financiële kost van die vertraging beperkt, maar de achterstand en instabiele inkomstenstroom zorgt wel voor onzekerheid en administratieve overlast.
Jan Leroy van de VVSG pleit voor een systeem van directe doorstorting van voorschotten naar de gemeenten. Sedert de zesde staatshervorming is een dergelijk systeem in voege voor de gewesten, maar tot nu toe kon dit blijkbaar niet voor de gemeenten.
Mogelijk is er toch verbetering op komst: enkele dagen geleden is er een gesprek geweest met medewerkers van financiën-minister Van Overtveldt over een systeem van voorschotten. “De kans is reëel dat het er ooit eens van komt”, aldus Leroy.