Joris Willems is sedert begin april terug in Haïti. Hij stelt vast dat de politieke manipulaties door president Préval doorgaan, blijkbaar met goedkeuring van het buitenland. Het organiseren van de heropbouw loopt ook niet echt vlot, en tot veel meer dan puin ruimen is men alsnog niet gekomen.
Van een nieuwe wind is dus niet echt sprake: de lokale oligarchie regelt de zaakjes met zijn buitenlandse gesprekspartners en zonder rekening te houden met het Haïtiaans middenveld. Zo blijven al uitgewerkte plannen voor een nodige landbouwhervorming in de kast liggen, terwijl Monsanto anderzijds wel hybride zaden naar Haïti mag exporteren.
Toch even een verduidelijking van de geïnterviewde bij mijn slotbemerking die wat ongelukkig geformuleerd is.
Als de internationale gemeenschap haar geloofwaardigheid niet helemaal teniet wil doen moet ze snel duidelijk maken dat de bevolking (civiele maatschappij) MOET betrokken worden bij de planning van de heropbouw. Dat is nu helemaal niet het geval. Het totale gebrek aan transparantie van de overheid maakt het zeker niet makkelijker voor de civiele maatschappij om te reageren. Dat is wellicht ook de bedoeling. Het is geen geheim dat de civiele maatschappij totaal werd uitgesloten van de “planning” van de heropbouw.
Het is dáár dat er een rol is weggelegd voor de internationale gemeenschap: het eisen dat de gelden die ter beschikking worden gesteld moeten besteed worden aan een plan dat gedragen wordt door de brede bevolking. En zeker niet aan een plan dat enkel een status quo bewerkstelligt ten gunste van de kleine heersende klasse. Nu sluit de internationale gemeenschap niet enkel haar ogen, ze heeft jarenlang dit beleid ook gesteund. Ze heeft het oligarschische frauduleuze politieke systeem een democratie willen noemen. Dat ze nu eindelijk haar mea culpa uitroept ! Als je werkelijk over ontwikkeling wil spreken, dan moeten mensen de kans krijgen naar school te gaan en mondig te worden. Nu ontzegt men dit recht aan een groot deel van de bevolking.
Misschien dat enkele individuen die deel uitmaken van die internationale gemeenschap het wel goed menen, maar verder lijkt het er vooral op dat ze haar eigen belangen nastreeft en zich mastrubeert op haar werk met de hulpgelden alsof daar goed werk mee zou geleverd worden. Participatie van de bevolking eisen in de wederopbouwplannen zodat deze eigenaar wordt van dat plan, dat is een must. Een moeilijke oefening, akkoord. Maar ze moet gemaakt worden als men een duurzame verbetering van de socio-economische situatie van de bevolking wil bekomen. De politiek van de internationale gemeenschap en de lokale overheid moet veranderen, niet enkel is woorden, maar ook in daden. Tenzij men helemaal geen duurzame ontwikkeling wil.