Op 13 april werd een wereldwijd akkoord getekend over de vermindering van de CO2 uitstoot door de scheepvaart. Het doel wordt gesteld om de CO2 uitstoot tegen 2050 te verminderen met 50% ten opzichte van 2008.
Bas Eickhout, Nederlands EU parlementslid van GroenLinks, volgt het dossier op.
“een typisch geval van een half vol/ half leeg glas”
Bas Eickhout: “Het akkoord van Parijs van 2015 verwees naar de andere VN organisatries om de uitstoot door scheep-en luchtvaart aan te pakken. Dat duurde veel te lang voor er iets gebeurde en toen begon het Europees parlement druk uit te oefenen om actie te nemen op Europees niveau als de Internationale Maritieme Organisatie, de IMO (een VN instelling), bij de pakken zou blijven zitten. Dat heeft zeker geholpen. ”
“De scheepvaart vertegenwoordigt momenteel slechts 2.5% van totale uitstoot aan broeikas gassen. (De scheepvaart stoot jaarlijks ongeveer een miljard ton CO2 uit, nvdr). Maar als we niets doen dan zal dat belang ervan toenemen. Bovendien moeten we in de tweede helft van deze eeuw naar een nul-uitstoot dus moet elke sector meedoen. Als de scheepvaart niets doet en de rest wel dan vertegenwoordigt de scheepvaart tegen 2050 een kwart van de totale uitstoot. ”
RC: U bent redelijk positief over het akkoord
Bas eickhout: “Het is een half vol/ half leeg glas geval. De scheepvaart had tegen 2050 naar een nul-uitstoot moeten gaan om aan de ambities van het akkoord van Parijs te voldoen en dat lag niet op tafel. Anderzijds is er nu wel een akkoord. Vóór de besprekingen binnen het IMO kader startten wilden alleen Europa en enkele laaggelegen eilanden over een reductie praten. ”
“Het moet gezegd zijn dat België een goed standpunt had. België zat zelfs de vergadering van High Ambition Coalition voor.”
RC: We lezen dat er nu overeengekomen is om maar over 5 jaar, in 2023, met een plan te komen.
Bas Eickhout: “Er is nu afgesproken om bij de volgende vergadering van de IMO al met concrete plannen te komen. Het klopt wel dat men pas in 2023 over langere termijn maatregels gaat nadenken.”
RC: De houding van de verschillende spelers is soms verrassend. De VSA komen goed overeen met Iran in deze en vormen met Brazilie, de Filipijnen en Saoedie Arabië een coalitie die de ambitie van het akkoord willen naar beneden halen. Dat zijn landen die zelf geen belangrijke handelsvloot hebben. De haven van Rotterdam, daarentegen, pleit voor een reductie van 95% tegen 2050.
Bas Eickhout: “Alle havens in de wereld, en zeker de Europese, ook Antwerpen, hebben aangegeven dat ze voor meer reductie zijn. Veel havens zijn bezig met klimaatbeleid en zijn voor hun uitstoot afhakelijk van wat de schepen uitstoten. De havens zijn ook voor een globaal akkoord omdat er dan geen concurrentie is tussen de havens. De Europese havens zijn iets minder nerveus over een beleid dat alleen op Europa van toepassing zou zijn want Europa is een enorme markt en wordt tóch bediend. De reders waren er minder gerust in om dat hun business duurder wordt. Maar toch zei de scheepvaartindustrie al langer dat de vooropgestelde doelen haalbaar zijn. Het verzet zit dus meer bij landen.”
“Dat de VSA moeilijk doen over klimaatbeleid zijn we al gewend met deze regering en dat Saoedie Arabië moeilijk doet is ook een traditie. De grootste verrassing was dat Brazilië moeilijk deed en het was uiteindelijke Brazilië die het moeilijkst te overtuigen was. Dat is moeilijk te verklaren want volgend jaar organiseert Brazilië de klimaattop. Er zit wat minder lijn in het beleid van Brazilië tegenwoordig en je ziet dat de woordvoerders van Brazilië bij de IMO meer de vertegenwoordigers zijn van de industrie. ”
RC: In een opiniestuk merkt Andrew Craig Bennett, een vertegenwoordiger van een Aziatische reder, op dat 2050 nog 32 jaar van ons af is. Dat is langer dan de levensduur van de meeste schepen. De overeenkomst zal volgens hem dan ook niet de minste impact hebben.
Bas Eickhout: “De scheepvaart, en ook de IMO, is een conservatieve sector en wil een doelstelling waarvan ze weet dat het haalbaar is. Er is technologie beschikbaar om de geplande reductie te halen maar die moet wel toegepast worden…”
RC: Hoe zal die reductie verwzenlijkt worden? Schepen van 400 meter met 20.000 containers zullen nooit op batterijen varen.
Bas Eickhout: “Inderdaad. Het gebruik van alternatieve brandstoffen is waarschijnlijk de belangrijkste stap. Denk aan waterstof. Eventueel biobrandstoffen, maar dat geeft ook problemen en zal waarschijnlijk meer iets zijn voor de luchtvaart dan de scheepvaart. Andere aandrijving is ook belangrijk. Er zal een stuk terug naar windenergie gegeaan worden. Een nul-uitstoot is te doen maar je hebt een beleid nodig.”
RC: Het referentiejaar voor de reductie is 2008. Er wordt opgemerkt dat men de boel daarmee bedriegt. In 2008 zat de uitstoot op een piek. De trafiek was op een hoogtepunt en de schepen vaarden aan hoge snelheid. Gewoon door trager te varen stoten de grote (container)schepen (en tankers) vandaag de helft uit van 10 jaar geleden.
Bas Eickhout: “2008 was inderdaad een piekjaar en het is de vraag of de scheepvaart ooit dat piekjaar gaat halen. Er lag een voorstel op tafel om de uitstoot van 2008 niet te overschrijden maar dat heeft het helaas niet gehaald. Nu heeft de tekst het over ‘zo snel mogelijk pieken en daarna naar de 50% reductie’. De verwachting is dat het transport toeneemt dus de reductie van 50% zal op termijn pijn doen. Nu is het belangrijk om direct maatregels te nemen en de meest effectieve is minder snel vragen. Dat opleggen wordt een lastige discussie en wordt een test case voor hoe progressief de IMO is. Trager varen ligt gevoelig, vooral voor landen die verder van de wereldmarkt liggen want zij voelen dat ze disproportioneel getroffen worden.”
“Het is te doen maar er moeten afspraken gemaakt worden. Het is goed dat er een doel is maar het echte werk begint bij de uitvoering. De IMO was een conservatieve organisatie van mensen uit de industrie onder elkaar. Met klimaatbeleid wordt de zaak meer politiek. We zijn er 4 jaar geelden voor de eerste keer naar toe getrokken en het was een schok voor die wereld dat er opeens politici aanwezig waren. Maar we zullen het blijven doen want het heeft duidelijk gemaakt dat ze niet langer in de schaduw kunnen blijven opereren.”
“Een land als België is ook partij binnen de IMO en waarschijnlijk weet niemand in het parlement wat de Belgische regering daar gezegd heeft omdat de scheepvaart nogal in het duister opereert. Wij van het Europees parlement zijn ze bewust gaan opzoeken. Het moet gezegd zijn dat België een goed standpunt had. België zat zelfs de vergadering van High Ambition Coalition voor. Het is wel raar dat we daar niet goed van op de hoogte zijn. Er is een traditie dat de zaak besproken wordt door techneuten die elkaar niet teveel willen tegenspreken en onderhandelen tot er een consensus is. Maar als het over klimaatbeleid gaat is er geen consensus. ”
Links: Third IMO Greenhouse Gas Study, april 2015 HIER (36MBytes)
Podcast: Play in new window | Download