Van alle districten presteert Deurne het best als het gaat over het realiseren van de geplande investeringen. Het is niet vanzelfsprekend om als district een project uitgevoerd te krijgen en districtsvoorzitter Tjerk Sekeris wijst daarbij naar stedelijk en Vlaams niveau.
“We zijn in het vijfde jaar van de huidige legislatuur nog altijd bezig met de uitvoering van de plannen van de vorige legislatuur (2006-2012). Op het moment dat de Vlaamse overheid of de Lijn erbij betrokken geraakt, verstopt het ongelooflijk. De werking van het Vlaams gewest daarin is hemeltergend. Het duurt 2 tot 3 jaar voor je een antwoord krijgt van het Agentschap voor Wegen en Verkeer. Ook gewoon het schilderen van een fietsstrook duurt 2 tot 3 jaar .”
“De Vlaamse mentaliteit helpt niet: Er wordt weinig beslist tijdens de vergadering. Wel daarna in de lift.”
“De administraties zijn nochtans niet contraire. Als je er apart mee praat kun je een normaal gesprek hebben. Maar als je met de verschillende partijen tezamen in een zaal zit, dan zijn ze besluiteloos. Hoe dat komt is niet helemaal duidelijk maar de Vlaamse mentaliteit heeft er ook iets mee te maken. Er wordt weinig beslist tijdens de vergadering maar wel daarna in de lift. Men is de structuren wel aan het veranderen maar dat is een schip dat heel traag draait.”
Maar ook voor het stedelijk niveau is hij scherp: “Als een district tien vragen stelt aan de stad worden er twee onmiddellijk beantwoord, op twee vragen krijg je 10 jaar later een antwoord, twee verdwijnen er. De rest wordt ooit wel eens beantwoord dan krijg je plots vier adviezen terug die je niet gevraagd hebt. Voor een deel komt dat door de planningscyclus van de legislatuur waardoor je bijvoorbeeld bepaalde jaren teveel en daarna te weinig tekenaars hebt. Het zou daarom goed zijn om een deel van de taken uit te besteden. De stad moet meer regisseren en minder uitvoeren. Het is ook nodig dat alle partijen samen aan tafel zitten. Dit is nu niet het geval. Bij belangrijke projecten zoals de heraanleg van de Boekenberglei en de Herentalsebaan zat De Lijn nooit mee aan tafel.”
Tjerk Sekeris is voorstander van heraanleg volgens het Shared Space principe. “De Herentalsebaan tussen het Mestputteke en de grens van Borsbeek wordt overgedragen naar de stad en dan heraangelegd als Shared Space. Alle gebruikers bewegen zich in dezelfde omgeving. Er zijn geen voetpaden of fietspaden, alles komt op hetzelfde niveau. Dat is de enige manier om daar veilig fietsverkeer te realiseren.”
RC: Maar gaat dit wel werken? Destijds, onder Patrick Janssens, klaagde een lezer van De Antwerpenaar over het feit dat op de Turnhoutsebaan de fietsers tussen de auto’s gedwongen werden en zich onveilig voelden. Het antwoord van het stadsbestuur was toen dat dat opzettelijk was om de auto’s af te remmen. Dat is een voorbeeld van Shared Space dat niet werkt.
Tjerk Sekeris: “De Turnhoutsebaan is geen voorbeeld van Shared Space. De beste bescherming voor de fietser is het inrichten van de zone 30 als zone 30. Wij gaan die wijken dusdanig inrichten met drempels en toegangspoorten enzovoort. Zal de fietser de auto vertragen? Ja, want de fietser zal de auto niet langer kunnen inhalen. De Turnhoutsebaan is natuurlijk een totaal verkeerd voorbeeld.”
RC: Maar op de Turnhoutsebaan is de toestand toch gelijkaardig. Het is daar waarschijnlijk wel een zone 50 (in plaats van 30) maar de fietsers rijden ook geen 30 maar slechts 15 of 20…
Tjerk Sekeris: “Twintig per uur lijkt mij al veel….”
RC: Er is nu ook een fietsstraat in Deurne. Daar komt kritiek op van de Fietsersbond.
Tjerk Sekeris: “De Ruimtevaartlaan past in de ‘districten fietsrouten’ . Het is geen ideale fietsstraat. We moeten meer fietsstraten hebben in Antwerpen. We onderzoeken of we van de Cornelissenstraat voor het Sterckshof ook een fietsstraat kunnen maken maar dat is eigenlijk al een fietsstraat. In 2018 wordt een fietspad op de Wouter Haecklaan aangelegd en we bekijken of we van de Vaartweg een fietsstraat kunnen maken. Maar daar ligt een supermarkt die bevoorraad moet worden, dus het ziet ernaar uit dat dit een processie van Echternach gaat worden.”
“De pendelaars die met hun auto naar Antwerpen komen zijn de economische motor van de stad”
RC: Hoe zit het met het parkeerbeleid?
Tjerk Sekeris: “We zitten met het probleem dat de bezoekers van Antwerpen hun auto achterlaten buiten de lage emissiezone. Daardoor ontstaat er in Deurne een tekort aan parkeerplaatsen. We zouden een blauwe zone kunnen invoeren maar het probleem is dat er maar twee parkeerkaarten per woning worden gegeven terwijl de bewoners soms meer auto’s hebben per woning. We krijgen daar dagelijks reclamaties over dus de druk zal zo hoog worden dat we toch een blauwe zone zullen moeten invoeren. Ik pleit ervoor om dat dan te doen voor gans Deurne anders verhoog je de druk op de buitengebieden. ”
“Met een blauwe zone ga je wel de pendelaars die in Antwerpen komen werken en hun auto in de rand parkeren afstoten. Zij zijn wel de motor van de stad Antwerpen.”
RC: Uw uitspraak doet me denken aan het onvergetelijk statement van schepen Koen Kennis (op ‘Wakker op Zondag’) dat de Turnhoutsebaan geen fietspad kan krijgen omdat anders de schooljuffrouw uit de Kempen niet met haar auto tot in het centrum van Antwerpen zal geraken. Zou men in plaats van de auto’s tot in het centrum te laten rijden niet beter denken aan stadsrandparkings en beter openbaar vervoer?
Tjerk Sekeris: “Vlaanderen zal park and rides bouwen aan de rand. Maar De Lijn moet erin slagen om de mensen naar het centrum te brengen aan een redelijke snelheid. Dat is nu niet het geval. In Deurne rijdt de tram 15 per uur, dat is trager dan een fiets.
RC: Maandag schrapt De Lijn buslijn 31. Groen Deurne en Borgerhout protesteren daartegen. Wat vindt N-VA daarvan?
Tjerk Sekeris: “Het schrappen van lijn 31 is vooral een probleem voor Borgerhout. Daar zet men de zijstraten van de Collegelaan zonder openbaar vervoer. Het aanbod van openbaar vervoer is bij ons schrijnend in de wijken Waasdonk, Langbaanvelde en Unitas. Ik heb samen met Stephanie Van Houtven gereageerd op de schrapping van bus 31. Strikt gezien heeft De Lijn gelijk: er stapt weinig volk op- en van bus 31 in Deurne. Maar als je het aanbod vermindert dan verminder je ook de vraag. Wat betreft lijn 31 heeft De Lijn gelijk. Maar we vragen al jaren om een tramverbinding te krijgen tussen Deurne Noord en Deurne Zuid. De infrastructuur ligt er al in de Ruggeveldlaan, maar er rijdt geen tram door. ”
RC: In het bestuursakkoord van begin 2016 staat de overkapping van de E313. Komt daar iets van terecht? Dat staat zelfs niet in de plannen van Ringland.
Tjerk Sekeris: “Moesten de budgetten onbeperkt zijn, dan was de overkapping van de E-313 mijn droom. ”
RC: Iets dat wél nog op tafel ligt is Oosterweel-light. De verkeersluwe versie van het project die voor veel minder verkeer zou kunnen zorgen op de ring ter hoogte van Deurne en ook op de E-313 door Deurne.
Tjerk Sekeris: “Om de E-313 te ontlasten moet de A-102 er komen. Die zou geboord worden dus hebben we daar weinig bezwaar tegen. We hebben wel grote bezwaren tegen het aanleggen van een op- en afrit ter hoogte van de Bischoppenhoflaan. Daarom pleiten we samen met de stad voor een klein op- en afrittencomplex achter de huidige stelplaats van de tram. De Lijn wil daar gaan uitbreiden en daar zijn we als de dood voor want we willen daar werken aan een groene corridor werken.”
Noot: De aanleg van de A-102 staat los van de discussie over Oosterweel-light. De A-102 staat sinds 2010 al in de plannen. Oosterweel Light gaat over het weghalen van verkeer van de ring waardoor het aantal rijstroken zou kunnen verminderd worden. Ook dat zou de druk op de E-313 verder verlichten.
RC: Bent u lijsttrekker bij de komende verkiezingen?
Tjerk Sekeris: “Dat zal de partij beslissen.”
Vlaanderen investeert € 4,5 miljoen in twee bruggen.
Podcast: Play in new window | Download